willighe vanckenis

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

© Willighe Vanckenis - 2009

EI BLOT TIL LYST

personages

personages

Fröken Julie

Kristien
De kokkin van de graaf. Diepgelovig, werklustig, en zeker van haar toekomst met Jean. Moe.

Jean
Jean is de persoonlijke bediende van de graaf, en verloofd met Kristien. Hij wil hogerop, en heeft daar alles voor over. Daartoe ontbreken hem niet alleen de middelen – hij schudt ook de rol van knecht niet zomaar van zich af.

Juffrouw Julie
Een jonge gravin. Opgevoed als een jongen. Haar verloving is net afgebroken. Haar vader is op reis en komt morgen terug. Ze houdt van dansen. En ze is de baas. Haar opvoeding en snelle geest maken haar wispelturig, impulsief én filosofisch.

Gengangere

Regina Engstrand
Regina is de dochter van Engstrand, de timmerman. Na de dood van haar moeder, heeft mevrouw Alving haar als haar eigen dochter in huis genomen en een opvoeding gegeven. Nu vervult zij de dubbele functie van bediende en dochter.

Engstrand
De kreupele weduwnaar Engstrand maakt de ramen voor het weeshuis “Kapitein Alving”. Hij heeft ambitieuze plannen met het geld dat hij verdient. Hij nodigt zijn dochter uit met hem naar de stad te vertrekken om hem te helpen. Vaak ziet hij haar niet – de relatie is niet optimaal.

Dominee Manders
Jaren geleden bekoelde de relatie tussen Manders en het echtpaar Alving. Nu is hij een clericus van aanzien in de stad, en zorgde hij ervoor dat de gelovige en wereldse instanties hun steun verlenen aan de bouw van het weeshuis, ter nagedachtenis van de onberispelijke kapitein Alving. Om het papierwerk in orde te brengen, komt hij voor het eerst sinds lang naar het huis van de weduwe Alving. Hij ziet er ook Regina en zoon Oswald terug, beiden de kindertijd ontgroeid.

Hélène Alving
Hélène Alving is een ernstige, belezen vrouw. Sinds enkele jaren is haar man gestorven, en zij zet de schouders onder de herdenkingsfeestelijkheden voor haar echtgenoot: een weeshuis, waarin Regina zal kunnen werken. Haar echte zoon, Oswald, heeft ze vanaf zijn zevende jaar voortdurend uit huis gehouden. Nu hij terugkeert uit Parijs, voelt ze hoe ze vele jaren moet goedmaken. Haar lectuur en de ervaring van het leven hebben haar modern en tolerant gemaakt.

Oswald Alving
Kunstschilder. Net als zoveel kunstenaars aan het eind van de negentiende eeuw, bracht hij enkele jaren door in Parijs, onder bohémiens en artiesten. Nu is hij plots terug thuis: hij blijkt verzwakt, progressief en emotioneel labiel. Zijn overleden vader is voor hem een god – een beeld dat zijn moeder in haar brieven altijd heeft benadrukt.